Taalrechtvaardigheid

Taalrechtvaardigheid is een interdiciplinair onderzoeksdomein dat bestaat uit vakgebieden als politieke filosofie, economie, sociolinguïstiek, interlinguïstiek, esperantologie, taalrechten en taalonderwijs. Hoewel een aantal onderzoekstheorieën geïnteresseerd zijn in de ondersteuning van taaldiversiteit, geven anderen meer aandacht aan andere kwesties, zoals gelijkheid van kansen.

Diverse interpretaties

Met betrekking tot de politieke filosofie (of normatieve politieke theorie), zijn de twee belangrijkste scholen de multiculturele samenleving, met auteurs zoals Will Kymlicka enerzijds en het liberalisme dat zich verzet tegen te veel staatsinterventie om een de facto gelijkheid van burgers te realiseren, met auteurs zoals Philippe Van Parijs anderzijds.

Elk van hen begrijpt het concept van taalrechtvaardigheid op een andere manier. In het algemeen zijn de multiculturalisten degenen die de taalkundige rechten van minderheden verdedigen, terwijl anderen zoals de volgelingen van John Rawls, een gemeenschappelijke taal verdedigen of gelijke sociaal-economische kansen voor alle leden van dezelfde politieke gemeenschap.[1]

Aan de andere kant bekritiseren sociolinguïsten de politieke filosofen omdat ze geneigd zijn te denken dat de wereld verdeeld is in homogene gemeenschappen gevormd door eentalige individuen terwijl in werkelijkheid de gevallen waarin dit gebeurt eerder uitzonderlijk zijn. Deze auteurs introduceren concepten zoals taalkundige genocide of taalimperialisme en zijn meestal voorstander van het verdedigen van het voortbestaan van alle talen van de planeet. Robert Phillipson en Tove Skutnabb-Kangas zouden de meest opvallende exponenten zijn.[1] In het interdisciplinaire debat over taalrechtvaardigheid zijn ook economen, ecolinguïsten, interlinguïsten, pedagogen of onderzoekers van talenrechten zoals Fernand de Varennes betrokken, evenals vredesonderzoekers en experten op het vlak van conflictbemiddeling.

Taalstrijd en taalrechtvaardigheid

Vanuit de discipline van de conflictbemiddeling kunnen linguïstische conflicten worden begrepen als de taaldimensie van sociaal-politieke conflicten. Vanuit dit perspectief hebben deskundigen op het gebied van taalrechten, zoals Fernand de Varennes, erop gewezen dat taalkundige vrede onontbeerlijk is voor het vermijden van conflicten.[2] Andere auteurs hebben ook aangevoerd dat slecht beheer van meertaligheid een van de oorzaken kan zijn van het ontstaan van conflicten die verband houden met taalkundige onrechtvaardigheden.[3] Zelfs in situaties van gewapende strijd, zoals in het geval van het Israëlisch-Palestijns conflict, is de taaldimensie geïdentificeerd als een van de nodige sleutels om het conflict te begrijpen.[4]

Bibliografie

Alcalde Javier (2015) Linguistic justice: an interdisciplinary overview of the literature. A’dam Multiling (3): 27–96.

Zie ook

  • Taalstrijd

Externe links

  • (en) Global Coalition for linguistic human rights
  • (eo) Monografie-nummer van het tijdschrift Kataluna Esperantisto over taalrechtvaardigheid (december 2015)
  • (en) Project LAPO : Final Report summary[dode link] on 'Language policy and linguistic justice in the European Union', Humboldt Universiteit in Berlijn.
  • (eo) Filmpje over een conferentie van prof. Michele Gazzoli rond taalrechtvaardigheid in de Europese Unie, Vilaweb TV (51 minuten, in het Esperanto met ook onderschriften in het Catalaans, juli 2014).
Bronnen, noten en/of referenties

Voetnoten

  1. a b Alcalde, Xavier «La justícia lingüística segons la filosofia política». Kataluna Esperantisto, 364-365, 2015, p. 364-365
  2. (ca) De Varennes, premi Linguapax 2004, afirma que la pau lingüística és indispensable per a l’absència de conflictes, Forum Barcelona, 23 mei 2004, geconsulteerd op 19 december 2018.
  3. Monografie-nummer Peace in Progress, uitgegeven door Institut Català Internacional per la Pau (ICIP) waarvan versies in het Catalaans, Engels en Spaans, geconsulteerd op 19 december 2018.
  4. (ca) Xavier Alcalde, Palestina: ocupació i conflicte lingüístic, La Directa, 7 oktober 2015, geconsulteerd op 19 december 2018.

Bronnen

  • Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Justícia lingüística op de Catalaanstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.

Bibliografie

  • Brosch, Cyril & Sabine Fiedler (2018), "Esperanto and Linguistic Justice: An empirical response to sceptics", in : Gazzola, Michele, Templin Torsten en Bengt-Arne Wickström, Language Policy and Linguistic Justice. Springer: 499-536.
  • Gobbo, Federico (2016), "Linguistic Justice, van Parijs, and Esperanto". Acta Univ. Sapientiae, European and Regional Studies, 9: 55–61.
  • Mowbray, Jacqueline (2012), Linguistic Justice. International Law and Language Policy, Oxford: Oxford University Press.
  • Van Parijs, Philippe (2011), Linguistic justice for Europe and for the world, New York: Oxford University Press.
  • Phillipson, Robert (2003), English-Only Europe? - Challenging Language Policy, Routledge, London / New York.
  • Kymlicka, Will (2011), Politics in the Vernacular: Nationalism, Multiculturalism, Citizenship, Oxford: Oxford University Press.
  • Wickström, Bengt-Arne (2010), Lingvaj rajtoj kaj lingva justeco, En : La arto labori kune - Festlibro por Humphrey Tonkin, Rotterdam, UEA, ISBN 978-92-9017-113-3, 97-103
  • Baake P. & Borck R. (2007), Rights, and language rights: On the fair treatment of linguistic minorities. En: Public Economics and Public Choice: Contributions in Honor of Charles B. Blankart, Berlin, Springer, 81–102
  • (en) Skutnabb-Kangas, Tove (2000). Linguistic genocide in education or worldwide diversity and human rights?. Mahwah, New Jersey & London: Lawrence Erlbaum Associates. ISBN tel:978-0805834680.